caption id=”attachment_2413″ align=”alignleft” width=”800″] Het ‘grondijs’ (tot de bodem bevroren) nam tussen 1992 en 2011 met 22% af, de ijsdikte met 38 cm (afb: univ. van Washington)[/caption]

Meren in het Noordpoolgebied vriezen later dicht en dooien weer eerder op. Volgens onderzoek  van de universiteit van Washington duurt het winterijsseizoen in het Noordpoolgebied nu 24 dagen korter dan in 1950. Ook blijkt de ijsdikte van de poolmeren tussen 1950 en 2011 gemiddeld met 38 cm te zijn afgenomen.
 In de studie, die betaald is door de Europese ruimteorganisatie ESA, werden 400  meren betrokken op de noordhelling van Alaska. Het zou voor het eerst zijn dat de verandering in ijsdikte over een langere periode zou zijn bekeken. Onderzoekster Cristina Surdu: “Vooraf hadden we ingeschat dat een achteruitgang van de ijsdikte en grondijs te verwachten viel op basis van temperatuur- en neerslaggegevens van de afgelopen 50 jaar van het Barrow-meetstation. Nadat we de zaak geanalyseerd hadden waren we stomverbaasd zo’n drastische achtergang te moeten zien in slechts 20 jaar tijd.”
Op basis van satellietbeelden van de ESA (ERS-1 en ERS-2) bleek dat in 1992 62% van de 400 meren tot de bodem toe bevroren was. In 2011 was dat nog maar in 26% van de meren het geval. Over het geheel genomen was er tussen 1992 en 2011 een achteruitgang van 22% aan ‘grondijs’. De onderzoekers gebruikten het Canadese meerijsmodel (CLIMo) om de ijsbedekking en -dikte te bepalen voor 1991, omdat daar geen satellietbeelden van zijn. Uit modelberekeningen rolde dat de meren in het bekeken gebied  in 2011 zes dagen later bevroren en 18 dagen eerder ontdooiden vergeleken bij 1950. Een kortere ijsbedekking kan algengroei bevorderen en de ontdooiing van de permafrost onder de meren in gang zetten. “De veranderingen hebben invloed op de gemeenschappen die afhankelijk zijn van ijswegen voor het transport van goederen”, zegt Surdu. “De verandering in de ijssituatie zou ook kunnen bijdragen tot de opwarming van het hele gebied, hoewel minder dan open zeewater.”

Bron: Science Daily