Schade aan het ruggenmerg bij mensen herstelt slecht. Een breuk in die ‘hoofdleiding’ , een dwarslaesie, van het zenuwstelsel is defintief, met verlamming als gevolg. Dat is niet bij alle dieren zo. Zebravisjes hebben het vermogen schade aan het ruggenmerg te herstellen. Onderzoekers van de Duke-universiteit (VS) proberen er achter te komen hoe dat herstelproces verloopt en daarbij trekt vooral het eiwit CTGF hun aandacht, een groeifactor. Ook mensen bezitten zo’n groeifactor die het in zebravisjes wonderbaarlijk goed doet.. Gliacellen spelen bij die zebravisjes een belangrijke rol bij dat herstel, terwijl bij zoogdieren die juist verantwoordelijk zijn voor de blijvende barrière. Je vraagt je dan wel af: Wat ging er mis in de evolutie (maar daarover een andere keer)?
Breuk in het ruggenmerg leidt bij zebravisjes net als bij mensen tot verlamming. De schade wordt bij zebravisjes hersteld door gliacellen, een soort manusjes-van-alles in het zenuwstelsel. Die maken weer een verbinding tussen de twee gescheiden delen van het ruggenmerg. Vervolgens zorgen ze ervoor dat die verbinding wordt bevolkt door zenuwcellen, waardoor er weer contact tussen de zenuwcellen van het ruggenmerg ontstaat. De verlamming verdwijnt ten teken dat het ruggenmerg weer in zijn geheel functioneert. Dat duurt ongeveer acht weken.
“Het is een verbazingwekkende staaltje regeneratie van de natuur”, zegt onderzoeker Kenneth Poss. Poss c.s. onderzochten bij verschillende proefdieren het herstelvermogen van een beschadigd ruggenmerg en bepaalden welke genen en verbindingen daarbij van belang zijn.
Groeifactor CTGF
Bij dat proces zijn tientallen genen betrokken. Zeven daarvan coderen voor eiwitten die door de cellen kunnen worden ‘verstuurd’. De groeifactor CTGF trok bijzondere aandacht van de onderzoekers, omdat dat eiwit wordt aangemaakt door glaicellen. “We dachten dat CTGF belangrijk kon zijn, aangezien dat eiwit pas na de beschadiging wordt aangemaakt”, zegt medeonderzoekster Mayssa Mokalled.
Om daar zeker van te zijn werd het coderende CTGF-gen verwijderd uit de geslachtscellen van het zebravisje. De zebravisjes zonder dat gen waren niet meer in staat een beschadigd ruggenmerg te herstellen. Dat zou betekenen dat die groeifactor een belangrijke rol in de regeneratie van het ruggenmerg speelt, maar hoogstwaarschijnlijk niet de enige (voeg ik daar dan aan toe).
Mensen bezitten ook een soort CTGF-gen. Die menselijke groeifactor wijkt maar zo’n 10% af van dat van de zebravisjes. Zebravisjes werden voorzien van dat menselijke CTGF-gen. Het resultaat was verbluffend. Na twee weken was het (expres) beschadigde ruggenmerg weer hersteld. Mokalled: “Het was indrukwekkend. De verlamde vissen zwommen weer.”
De vraag is natuurlijk wat je aan die wetenschap hebt. Het menselijke CTGF-eiwit kan het wel, maar er zijn meer spelers bij dit herstelwerk betrokken. Poss: “Ik geloof dat CTGF niet het hele geheim is, maar we hebben iets in de hand dat het herstel kan bevorderen.” Dat is nog maar zeer de vraag.
Het gaat er volgens de onderzoekers nu om te bepalen hoe de aanmaak van CTGF gestuurd wordt. Muisjes zullen hun eerstvolgende slachtoffer zijn.
Bron: bdw