Het kankermedicijn RGFP966 zou het geheugen van ratten scherpen en de hersens in staat stellen nieuwe verbindingen te maken. Dan wordt er vervolgens meteen gespeculeerd over de toepassing als ‘leerpil’ of bij Alzheimerpatiënten.
De ratten bleken met RGFP966 meer gespitst op wat ze hoorden en konden die daardoor opgedane informatie beter oproepen en zouden zich meer herinneren. Die extra opgeslagen ervaring moet worden vastgelegd in nieuwe zenuwcelverbindingen. “Geheugenvorming is slecht bij bepaalde mensen, zoals Alzheimer-patiënten en zelfs vrijwel afwezig als de ziekte ver is voortgeschreden”, zegt Kasia Bieszczad van, onder meer, de universiteit van Californië in Irvine. “Dit middel zou het vermogen tot geheugenvorming kunnen redden, zelfs in de slechtste scenario’s”, denkt zij. Bij de ziekte van Alzheimer zouden hersencellen krimpen en uiteindelijk sterven doordat de synapsen (de verbindingen tussen hersencellen) niet langer sterk en stabiel zijn. Tot op heden is er geen remedie voor de ziekte gevonden.
Het beproefde medicijn is een zogeheten HDAC-remmer (HDAC staat voor het enzym histondeacetylase), dat wordt gebruikt bij kanker om het activeren van genen te stoppen waardoor gezonde cellen kankercellen worden. In de hersens maakt RGFP966 de hersencellen soepeler, waardoor ze makkelijker verbinding maken en brengt andere veranderingen teweeg, waardoor het geheugen zou verbeteren. Ratten die geleerd was naar een bepaald geluid te luisteren om een beloning te krijgen en na de oefening het middel kregen toegediend, waren beter in staat de juiste toon te herkennen dan ratten die het zonder het middel moesten doen. De RGFP966-ratten waren ook meer gespitst op de geluidssignalen. Volgens Bieszczad is dat belangrijk, omdat het vermogen tot praten en taal bij mensen samenhangt met het beter verwerken en opslaan van bepaalde geluiden. Bieszczad: “Mensen die weer leren praten na een ziekte of verwonding e.d. zouden in de toekomst hiermee geholpen kunnen worden. Het zou zelfs dienstig kunnen zijn voor mensen met een trage taalontwikkeling of die een tweede taal willen leren.” De sterke gevoeligheid voor het verwerken van geluidsinformatie leidt tot veranderingen en nieuwe verbindingen in de hersens, waardoor meer informatie in het langetermijngeheugen wordt opgeslagen, denkt de onderzoekster. “Normaal herinneren mensen zich maar een gedeelte. Niet als wat we zien, voelen en horen slaan we op. Wat hier gebeurt is dat we dichter bij een foto komen van de belevenis.” Ik vind het allemaal mooi, mevrouw Bieszczad, maar zou je het niet eerst eens bij mensen proberen voor je tot dit soort uitspraken komt?
Bron: Science Daily