Volgens promovendus Jérôme Dangerman van de Nijmeegse Radboud-universiteit zit de overgang naar een duurzame energieproductie op slot en dat zal niet veranderen als er geen harde, doelgerichte maatregelen worden genomen. Het alternatief is een wereldwijde energiecrisis.
Dangerman brengt in zijn promotie-onderzoek het wereldenergiesysteem en de elementen die daarin een rol spelen in kaart. De markt lijkt wel tevreden met de huidige gang van zaken, gezien ook de euforie bij sommigen over de jongste milieuverwoestende winningsmethode ‘fraccen‘. Alle seinen staan op rood, maar toch ziet de promovendus licht: ondanks alle zelfgenoegzaamheid bij de oude olie-industrie wint duurzame energie toch veld.
Er is groei van groene energie, maar die is te traag om het verschil te maken. De overheid kan met doelgerichte acties via wetgeving en subsidie een belangrijke rol spelen en Dangerman geeft daarbij Duitsland als voorbeeld. De Duitsers hebben, na de kernramp in Japan, de kernenergie afgezworen en zetten zwaar in op duurzame energie.
Een andere remedie die Dangerman al eerder voorstelde is de aandeelhouders mee te laten betalen aan de milieuschade. Daarmee worden vervuilende bedrijven oninteressanter en groene bedrijven interessanter voor investeerders, maar dat betekent toch dat de overheid ook daar een rol in zal moeten spelen.
Als we niets doen, gaan we kapot, denkt hij. Dangerman: “De cynicus zegt dan dat het verloren gaan van een oud systeem heel veel ruimte biedt, bijvoorbeeld voor innovatie. Dat kan zo zijn, maar ten koste van wat allemaal laten we de boel vastlopen? Bovendien zullen alleen de sterksten en enkele gelukkigen de gevolgen van zo’n vastlopend systeem kunnen incasseren. Het is minder pijnlijk om nu maatregelen te nemen.” Opvallend genoeg is het promotie-onderzoek betaald door vertegenwoordigers van die ‘oude energiewereld’: Shell en Nuon.
Bron: Alpha Galileo