Het verdachte onkruidbestrij-dingsmiddel glyfosaat dat onlangs er in de EU weer tien jaar extra heeft gekregen, blijkt in de loop der jaren steeds minder goed te werken, zo moesten onderzoekers van, onder meer, de universiteit van Illinois constateren op basis van gegevens in de VS. Steeds meer ‘onkruid’ blijkt minder of niet gevoelig voor deze ‘gouden oplossing’.
Zo’n vijfentwintig jaar geleden werden granen en sojabonen genetisch veranderd om ongevoelig te zijn voor glyfosaat. Destijds werd dat gezien als de ‘gouden oplossing’ voor onkruidbestrijding en glyfosaat en de genetisch gemanipuleerde zaden werden treffers in de landbouwsector. Nu blijkt dat de natuur haar ’tegenmaatregelen’ genomen heeft. De ongevoeligheid voor glyfosaat voor zeven belangrijke onkruiden blijkt snel gegroeid.
“Onkruiden hebben zich op grote schaal aangepast in heel Noord-Amerika”, zegt Chris Landau.
Aanvankelijk werkte glyfosaat uitstekend (in combinatie met het genetisch gemanipuleerde zaad), maar het onkruid paste zich al snel (in twee tot drie jaar) aan. In tien jaar waren onkruiden eenderde minder gevoelig voor glyfosaat en dat cijfer steeg steeds verder. “De natuur deed precies wat we wilden voorkomen. Die paste zich aan”, zegt medeonderzoeker Aaron Hager. In de loop der tijden werd aanvaardbare bestrijding steeds moeilijker haalbaar.
Niet verrast
Hager is niet verrast. Hij had al eerder met collega’s gewaarschuwd al te veel te vertrouwen op een enkel bestrijdingsmiddel, maar veel effect hebben die waarschuwingen niet gehad. Hoewel niet alle onkruiden even ver zijn in hun ongevoeligheid voor glyfosaat is de boodschap duidelijk: er is geen ‘gouden oplossing’ in onkruidbestrijding. Er zal, vinden de onderzoekers, altijd op meer paarden tegelijkertijd moeten worden gewed: chemische middelen, gewaswisseling en mechanische bestrijding.
Bron: Alpha Galileo