De groep kwantumfysici onder leiding van hoogleraar Leo Kouwenhoven dacht aangetoond te hebben van een ‘deeltje’, het majoranadeeltje, dat een bouwsteen kan zijn voor toekomstige kwantumcomputers ook daadwerkelijk bestaat. Nu blijken de metingen die ze als bewijs zagen ook andere oorzaken kunnen hebben. De onderzoeksgroep trekt daarom hun oorspronkelijke publicatie in Nature terug. .
Kouwenhoven verwierf enige bekendheid met zijn zoektocht naar geschikte bouwstenen voor kwantumcomputers. In 2007 ontving hij hiervoor een Spinozapremie, de hoogste wetenschappelijke prijs in Nederland. De laatste tien jaar was zijn aandacht gericht op het vinden van majoranadeeltjes, in feite quasideeltjes die werden voorspeld door het msyterieuze genie Ettore Majorana. Ook Microsoft zag hier brood in. Sinds 2016 leidt Kouwenhoven daarom, naast zijn aanstelling bij de TU Delft, het kwantumlab in Delft van Microsoft.
Majoranadeeltjes zouden gebruikt kunnen worden als kwantumbits, de kwantumversie van de digitale bit. Die zouden minder gevoelig zijn voor decoherentie dan andere kwabitkandidaten zoals atomen en elektronen.
In theorie kunnen deze majoranadeeltjes opgewekt worden in nanodraadjes bedekt met een supergeleidend materiaal. De ‘deeltjes’ ontstaan door het gedrag van de elektronen in het draadje. De temperatuur daarvan moet in de buurt van het absolute nulpunt (0 K oftewel -273°C) liggen en een foutje is gauw gemaakt. Zes jaar geleden dachten de onderzoekers sterke aanwijzingen te hebben dat het om majoranadeeltjes ging, waarna ze het genoemde artikel schreven.
Twijfel
Het vorig jaar waren ze minder overtuigd. Nu hebben ze besloten had artikel uit 2018 in Nature terug te trekken en ook een voorpublicatie van een verbeterde versie in archiv.org. Er zouden ook twee andere verschijnselen kunnen zijn die de waargenomen signalen kunnen veroorzaken. Het lijkt er erg op dat de onderzoekers naar het gezochte resultaat hebben toegewerkt. Dat zouden ze ook hebben toegegeven in het nieuwe artikel in archiv.org.
Een en ander zou niet betekenen dat de door Majorana voorspelde quasideeltjes niet bestaan, maar het enthousiasme lijkt hiermee wel enigszins getemperd.
Bron: NRC-Handelsblad