Al tientallen jaren wordt er gewerkt aan het grote ‘wonder’: de zon op aarde die ons eindeloos energie levert (oftewel kernfusie). De mijn ‘grap’ is dat kernfusie beloftevol is en blijft voor over vijftig jaar. Nu er links en rechts wat kleine succesjes opduiken groeit de hoop bij kernfusiefanatici, maar er zijn grote bergen te overwinnen om kernfusie op grote schaal te gebruiken, zoals waar halen we het tritium vandaan, wat doen we met de radioactiviteit en hoe houden we honderdmiljoen graden binnenboord? Mijn(=as’) voorspelling is dat mijn ‘grap’ recht overeind blijft staan. We, die zogenaamd slimme zoogdieren, zullen het moeten doe met de energie die de zon ons schenkt.
Voor mensen die al tientallen jaren werken aan kernfusie, hebben we de laatste tien jaar kernfusie tot wasdom zien komen, schrijft George Tynan van de universiteit van Californië in San Diego wervend op het wetenschapsplatform the Conversation. Hij beschrijft daar de grote problemen die te overwinnen zijn om kernfusie op grote schaal te gebruiken, een vorm van energieopwekking die volgens hem vrijwel onbeperkt beschikbare en schone stroom zou opleveren.
Om die waanzinnig hoge temperatuur mogelijk te maken moet de fusiereactor tegen het superhete plasma beschermd worden, want geen materiaal is bij 100 000 000 °C nog vast. Daarvoor worden of lasers gebruikt (waarvan uiterste precisie wordt gevergd of, en dat gebeurt het messt, elektromagnetische opsluiting zoals in de grote fusiereactor ITER in Frankrijk gebeurt. Tynan noemt de grote problemen overkomelijk, maar ik=as, simpele leek op elk terrein, vraag me af wat er gebeurt met zo’n reactor als de magnetische opsluiting het laat afweten.
Verder ontstaat er bij het fusieproces radioactiviteit, aangezien neutronen, protonen en kernen met gigantische snelheden op elkaar botsen. Tynan heeft het dan over het gebruik van de juiste materialen waarvan de radioactieve isotopen snel vervallen en hun radioactivteit kwijtraken, maar is dat reëel?
Tritium?
Ook is tritium, de waterstofisotoop met een proton en twee neutronen in de kern, nauwelijks te vinden op aarde. Dat zal eerst geproduceerd moeten worden wil er ook maar sprake zijn van een fusievariant van de stroomopwekking.
Dat zou moeten worden verwezenlijkt door splitsing van lithium en dat zal, geeft ook Tynan toe, geen sinecure zijn. Ik vraag me dan weer af hoe die vraag naar tritium de accubehoefte van onze ‘groene ‘ energietoekomst dwarsboomt. Een fusiereactor zou per dag zo’n halve tot hele kilo per dag nodig hebben. Dat lijkt niet veel, maar we hebben het dan over een fusiereactor. Dat gesplitste lithium kun je niet meer voor accu’s gebruiken.
Tynan zegt met veel collega’s voorzichtig optimistisch te zijn dat al die grote hobbels kunnen worden genomen. Praktische kernfusie is volgens hem echter niet een of maar een wanneer.
Ik (totale leek op elk terrein) geef kernfusie schijn van kans (maar dat zeiden mensen zo’n vijftig jaar geleden ook van windenergie en VVD-ers hebben lang beweerd dat windenergie draait op subsidie (terwijl ze zwegen over de subsidies en belastingfaciliteiten op fossele brandstoffen). Waarom slaagt dat ‘wetende zoogdier’ er maar steeds niet in optimaal gebruik te maken bij milde omstandigheden van de fusie-energie die de zon ons dag-in-dag-uit weer stuurt?
Bron: livescience.com