“Verdwijnend ijs op de Noordpool leidt niet tot strenge winters”

Poolwervel

De poolwervel in november 2013 (afb: WikiMedia Commons)

Elke keer als het weer een beetje winter wordt in Noord-Amerika of Eurazië komt het verhaal te voorschijn dat dat komt door de aardopwarming. Doe zorgt ervoor dat er steeds meer ijs rond de Noordpool verdwijnt waardoor de windcirculatie op de Noorpool, die de kou vasthoudt, verzwakt en de Noordpoolkou verder naar het zuiden doordringt. Dat idee is zo’n tien jaar geleden ontstaan en heeft altijd veel kritiek gekregen, maar naar nu blijkt klopt daar niks van. Zelfs bij veel ijsverlies zou die poolwervel maar heel weinig verzwakken, stellen onderzoekers, maar ook zij krijgen kritiek.
Volgens James Screen van de universiteit Exeter (Eng), een van die onderzoekers, is de invloed van ijsverlies op het winterweer verwaarloosbaar.
Het idee dat ijsverlies ervoor zou zorgen dat Noordpoolkou verder naar het zuiden kan afzakken werd in 2012 bedacht door Jennifer Francis en Stephen Vavrus. Het begon met de simpele waarneming dat de temperatuur in het Noordpoolgebied drie keer sneller stijgt dan in de rest van de wereld. Dat zou aan het verlies van het zeeijs liggen: ijs en sneeuw weerkaatsen zonlicht in tegenstelling tot vloeibaar water.

De opwarming, zo redeneerden Francis en Vavrus, heeft invloed op de hoogte van de arctische troposfeer (de laagste atmosfeerlaag waar het weer ‘gevormd’ wordt). Daardoor zouden de drukverschillen verminderen die verantwoordelijk zijn voor de poolwervel die voorkomt dat de kou van de Noordpool ‘weglekt’. Die wervel zou zwakker worden en golfender (?;as), waardoor koudere lucht verder naar het zuiden kan doordringen. Volgens het tweetal was die trend zichtbaar in de ontwikkeling van het weer en in het versterkte verdwijnen van het zeeijs.
Sinds die tijd is er veel veranderd, geeft ook Francis toe. “Zoals vaak graaf je ergens in en daarmee wordt het steeds ingewikkelder.” Hoewel er veel ijs is verdwenen in het Noordpoolgebied is er geen sprake van koudere winters in Eurazië en Noord-Amerika, zijn er geen extreme kouperioden geweest en is ook de poolwervel nauwelijks veranderd. Rekenmodellen komen wat dat betreft overeen met de waarnemingen.
Een jaar lang lieten de onderzoekers klimaatmodellen (meer dan tien) vele malen verschillende situaties doorrekenen. Het enige dat daar uit rolde is dat het ijsverlies een ietsepietsie invloed heeft op de poolwervel. Ook had dat verlies op de poolvortex in de stratosfeer geen invloed. Storingen daarvan, nu gemiddeld elke twee jaar, zouden vaker voorkomen. Bij storingen van de windcirculatie in de hogere atmosfeer dringt koudere lucht verder naar het zuiden.

Sneeuw

Judah Cohen, directeur seizoensvoorspelling bij AER, heeft lang volgehouden dat meer sneeuwbedekking en minder zeeijs in Siberië zou leiden tot weerpatronen die ervoor zorgen dat er meer energie in de stratosfeer terechtkomt, waardoor die verstoringen op grotere hoogte vaker zouden voorkomen. Dat werd in een enkele doorrekening wel gezien, maar alles bij elkaar was er geen duidelijke reactie, stellen de onderzoekers.
Cohen is niet overtuigd. Volgens hem zouden die modellen onrealistisch warme winters voorspellen voor de lagere breedtegraden en dat maakt andere voorspellingen verdacht, vindt hij. “Er ontbreekt duidelijk iets.” Er is iets anders aan de hand. Satellieten en weerbalonnen zien de troposfeer boven de tropen snel opwarmen doordat grote stormen hete en vochtige lucht omhoogstoten, Het Noordpoolgebied is veel minder turbulent, maar ‘atmosferische rivieren’ zouden die tropische warmte afgeven aan het Noordpoolgebied. Een effect dat in het huidige onderzoek (aangeduid met PAMIP) niet is meegenomen.

Het debat zal nog wel even doorgaan. Zo lijkt het er op dat de poolwervel sedert 1950 ietsje golvender geworden. Wat de oorzaak daarvan is is nog niet duidelijk.

Bron: Science

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.