Volgens onderzoek zou de mondialisering van de handel de laatste vijftig jaar wereldwijd hebben geleid tot verhoging van inkomens en levensstandaard, maar binnen landen zou die ontwikkeling juist hebben geleid tot grotere ongelijkheid. Vooral de 10% rijksten in landen gingen er het meeste op vooruit.
Valentin Lang van de universiteit van Mannheim en Marina Tavares van het Internationale Monetaire Fonds (IMF) vroegen zch af welke bevolkingsgroepen het meeste baat hadden gehad bij de mondialisering. van de wereldhandel.
De onderzoekers bekeken of en hoe de globalisering de ongelijkheid tussen mensen wereldwijd de afgelopen halve eeuw heeft beïnvloed. De mondialisering blijkt de inkomensverschillen binnen veel landen groter te hebben gemaakt. De kloof tussen rijk en arm is vooral duidelijk groter geworden in landen die meer geïntegreerd zijn geraakt in de wereldeconomie, zoals China, Rusland en enkele Oost-Europese landen. Tegelijkertijd is de ongelijkheid tussen landen doorgaans afgenomen als gevolg van de mondialisering. De verschillen tussen landen spelen daardoor een steeds kleinere rol in de mondiale ongelijkheid.

“De invloed van de mondialisering op de inkomensverschillen wereldwijd was duidelijker dan verwacht”, zegt Lang, . “Wat ons vooral verraste, was dat deze verschillen vooral voortkwamen uit de winsten die de rijksten boekten en dat de lage-inkomensgroepen er weinig of helemaal niet van profiteerden.”

Skepsis

Uit het onderzoek blijkt ook dat de mondialisering in de begin- en middenfase van de economie heeft geleid tot aanzienlijke inkomensstijgingen in individuele landen, maar dat de groei-effecten afnemen naarmate het niveau van de mondialisering verder toeneemt. Lang: “De voordelen nemen af ​​naarmate het integratieproces vordert, terwijl de kosten van de distributie toenemen. Dit komt overeen met de groeiende skepsis ten aanzien van de mondialisering die kan worden waargenomen in veel economisch sterk geïntegreerde landen.”

Bron: bdw