De onderzoekers observeerden jarenlang met zeven radiotelescopen, waaronder een in Nederland, een sterrenpaar (de pulsars, dus). Er werden, onder meer, nog niet waargenomen relativiteitseffecten gezien, maar die overigens wel verwacht werden. De pulsartest zou een keiharde test voor de beroemde theorie van Einstein zijn. “Hoe spectaculair succesvol Einsteins theorie ook heeft bewezen te zijn, toch zal dit niet het laatste woord zijn over de zwaartekrachttheorie”, zegt Robert Ferdman van de universiteit van East Anglia.
Hij stelt dat onderzoekers al zo’n honderd jaar bezig zijn om gaten te schieten in die theorie. “De algemene relativiteit is niet vergelijkbaar met andere fundamentele krachten zoals beschreven in de kwantummechanica. Daarom moeten de hardste tests gebruikt worden om te zien hoe en waar de theorie de mist in gaat. Elke afwijking is een belangrijke ontdekking die een venster opent op een nieuwe natuurkunde buiten de huidige kennis van het heelal. Wellicht helpt dat ons om de samengebundelde theorie te ontdekken van alle fundamentele krachten in de natuur.”
De twee bestudeerde pulsars draaien snel rond (eentje zo’n 44 keer per seconde, de ander een keer in 2,8 s) en cirkelen in 147 minuten om elkaar heen. Die bewegingen fungeren als een bijna perfect zwaartekrachtlab. “Tot ons geluk zijn we in staat geweest de hoeksteen van Einsteins theorie te testen”, zegt Michael Kramer van het Duitse Max Planckinstituut’, “namelijk de energie die zwaartekrachtgolven hebben en dat met een nauwkeurigheid die 25 keer beter is dan Nobelprijswinnende Hulse-Taylor-pulsar en duizend keer beter dan nu mogelijk met zwaartekrachtgolfdetectoren.” Hij stelt dat de waarnemingen niet alleen de theorie hebben bevestigd, maar dat ze ook in staat zijn geweest effecten te zien die voorheen niet konden worden bestudeerd.
Bron: Science Daily