Als moeders tegen hun pasgeborenen praten dan gaat hun stem omhoog en gebruiken ze vaak andere woorden en kreetjes dan normaal. Vaders doen dat niet. Die praten met de kleine zuigeling alsof ze met een volwassene praten. Dat schijnt niet eens zo slecht te zijn, denken Amerikaanse onderzoekers.
“Ja, hoe is ’t met de kleine. Tie, tie, tie tie”. Iets in die ordegrootte hoor je als moeders tegen hun kleintjes kirren. Dat zou de baby helpen haar te begrijpen en zelfs de taal te leren. Mannen doen dat niet, ontdekten de onderzoekers van de universiteit van de staat Washington. Ze hadden hun proefpersonen uitgerust met geluidsapparatuur, die ze de hele dag moesten dragen. Moeders vervielen, zoals gezegd, in het Moeders, het spraakje dat vrouwen reserveren voor kleine kinderen. Bij vaders gebeurt dat niet. Ze veranderen wel de zinsbouw en de woorden, maar niet de toonhoogte of melodie. Of dat ook zo is bij alleenopvoedende vaders of homogezinnen moet nog worden uitgezocht.
Dat ‘vreemde’ gedrag van de vader hoeft niet slecht te zijn voor het kind, denken de onderzoekers. “We denken dat de vader zo ook aan het leren van de taal bijdraagt, maar op een andere manier dan de moeder”, zegt onderzoeker Mark vanDam. Dat gedrag zou de kinderen wennen aan andere manieren van spreken in de boze buitenwereld. “De ouder vullen elkaar daarbij aan”, vermoedt de onderzoeker.
Bron: bdw