Bij de IgNobelprijzen blijkt dat onderzoekers zich ook, of misschien wel vaak, bezighouden met onnozel onderzoek. Nu wordt in veel media (en dus ook hier) melding gemaakt van een onderzoek naar het aantal mieren op aarde. Huh? Mieren? Wie wil dat weten en vooral waarvoor? De uitkomst: er zouden zo’n 2,5 miljoen mieren per aardbewoner zijn.
Mieren zijn nuttig, zeggen we dan (waarmee we bedoelen: nuttig voor de mens), en ze komen bijna overal op aarde voor (niet op IJsland en Groenland, bijvoorbeeld, maar dat kan veranderen). Er zouden zo’n 12 000 soorten bekend zijn, maar er zouden ook nog veel nog niet bekende soorten bestaan.
Overigens moeten de onderzoekers erkennen dat hun studie maar een schatting oplevert. Over Afrika, rijk aan mierensoorten volgens de heersende mening, zijn te weinig cijfers bekend. Er zouden zo’n 20 biljard (20 000 000 000 000 000) mieren zijn. Nuttige beestjes, vinden wij mensen, maar wat moet je met die wetenschap (of is dat een domme vraag?)?
Bron: the Guardian