In 1965, nu 50 jaar geleden, formuleerde de mede-oprichter van chipsfabrikant Intel Gordon Moore een naar hem genoemde ‘wet’: Elk jaar verdubbelt het aantal transistoren op een geïntegreerde schakeling. Al vaak is het eind voorspeld van de periode waarin die ‘wet’ geldig is, maar vooralsnog houdt Moore stand. Min of meer. Tien jaar later werd dat jaar overigens door Moore veranderd in twee jaar. Weer wordt beweerd dat die ‘wet’ nu toch wel tegen zijn, natuurkundige, grenzen zal aanlopen. Moore zegt nu nog niet te weten wanneer dat zal gebeuren.
Op 19 april 1965 verscheen er van Moore, toen directeur ontwikkeling van Fairchild Semiconductor, een artikel in Electronics Magazine over de stijging van de transistordichtheid op geïntegreerde schakelingen. Hij verliet zich daarbij op waarnemingen. Niet alleen voorspelde hij elk jaar een verdubbeling, maar ook dat de prijs gelijk zou blijven. “Ik had alleen niet gedacht dat dat om een langdurige ontwikkeling zou gaan”, zegt hij in een vraaggesprek dat is te zien op Youtube, “maar de voorspelling is nauwkeuriger geweest dan ik had kunnen bevroeden”. Moore richtte in 1968 met twee anderen Intel op.
Natuurlijk is de ’theorie’ van Moore geen wet in de natuurkundige zin, maar voor Intel is zij een inspiratiebron voor de hele halfgeleiderindustrie. Tegenwoordig heeft Intel het over een verdubbelingsperiode van 18 maanden. De wet is onderhevig aan aanpassingen, kennelijk. Inmiddels slaat de wet niet alleen op de transistordichtheid van de chips, maar ook op de prestaties van de vruchten van de elektronische industrie. Natuurlijk een geweldig idee uit verkoopoogpunt, maar ook ontmoedigend: wat vandaag nieuw is, is over anderhalf jaar al weer oud en overtroffen.
Om de dynamiek van de elektronische industrie te illustreren wordt wel het voorbeeld aangehaald van de moderne mobiele telefoon. Als, bijvoorbeeld, een Android-mobiel nu gemaakt zou moeten worden met de chiptechnologie van 1971, de geboorte van de microprocessor, dan zou de microprocessor de grootte hebben van een autoparkeerplaats. De eerste microprocessor, de Intel 4004, bevatte 2300 transistoren met een klokfrekwentie van 740 Hz. Destijds was een transistor zo groot als de punt van een potlood. Nu hebben we het bij processoren zoals de Intel Core i5 over nanotechnologie (14 nm) en 1,3 miljard transistoren. Intel, die kennelijk de ‘wet’ van Moore geadopteerd heeft, stelt dat als de verbrandingsmotor dezelfde ontwikkeling zou hebben doorgemaakt als de chip, een auto gedurende het leven van zijn bestuurder genoeg zou hebben aan één volle tank. Ik heb het niet nagerekend, maar het zou aardig zijn om dat eens te doen.
Al vele malen is beweerd dat de geldigheid van de ‘wet’ eens tegen harde grenzen zal opbotsen, maar voorlopig zijn er nog steeds mogelijkheden de chips sneller en ‘voller’ te maken door, bijvoorbeeld, in drie dimensies te gaan werken, of met nanokoolstofbuisjes, grafeen of kwantummechanica. Hoeveel jaren geeft Moore zijn wet nog? “Die technologie is veel opener dan ik me had kunnen voorstellen in 1965 of in 1975”, zegt hij in het vraaggesprek op YouTube, “en het is moeilijk te zeggen wanneer die ontwikkeling stokt.”
Bron: Futura-Sciences