Rechten voor natuur in Ecuador zou werken mede dankzij kikkers

Rechten van de natuur in Ecuador

Kikkers in Ecuador die (mede) verantwoordelijk waren voor staken mijnbouwprojecten in Noord-Ecuador (afb: Carlos Andres Gallegos-Riofrío et al./Earth Systems Governance)

Het lijkt er op dat de in Ecuador in de grondwet vastgelegde rechten van de nauur ook daarwerkelijk functioneert, constateerden onderzoekers. Diverse mijnbouw-projecten zijn gestrand omdat die schadelijke zouden zijn voor natuur en milieu, waarbij inheemse kikker(tje)s een belangrijke rol hebben gespeeld.
Ecuadoraanse kikkers lijken misschien onwaarschijnlijke superhelden, maar deze kleine gevlekte amfibieën waren de overwinnaars in de strijd tegen een mijnbouwgigant in Ecuador. Zoals de meeste superhelden kregen de kikkers hulp van sterke bondgenoten. In dit geval hebben leden van de Junín-gemeenschap, samen met biologen, advocaten en andere bondgenoten, met succes namens de natuur een rechtszaak aangespannen om de mijnbouwactiviteiten te stoppen.
De Rana Cohete Resistencia (verzetsraketkikker), kreeg zijn naam van de mensen van Intag, een gebied in het bergachtige noorden van Ecuador, als symbool voor hun gezamenlijke strijd om hun territorium te verdedigen. Gewoonlijk richten milieuregels zich op het reguleren van menselijke invloeden via vergunningen, grenswaarden en, in het beste geval, herstel. De wetten inzake rechten van de natuur zijn erop gericht om hele ecosystemen te beschermen. Om die reden kunnen inheemse, bedreigde kikkersoorten en een menselijke gemeenschap als gelijkwaardige eisers optreden in Ecuador.

Die rechten van de natuur zijn in 2008 in de grondwet van Ecuador opgenomen. Dat betekende een grote verandering op het gebied van rechten en jurisprudentie. In Ecuador wordt de natuur aangemerkt als een subject met eigen rechten. Dat recht benadrukt de zorg, het rentmeesterschap en het gelijkwaardig samenleven van alle levensvormen.

Succesvol tegengehouden

Tot nu toe zijn door het grondwettelijk recht van de natuur drie grote mijnbouwprojecten in Intag succesvol geblokkeerd, terwijl de rechten van de natuur in een half dozijn baanbrekende rechtszaken in heel Ecuador zijn gewonnen. Het verzet tegen mijnbouw in het Intagdal (Intag is de plaatselijke rivier) met een grote biodiversiteit, is een voorbeeld van de kracht van deze juridische aanpak in een streven de planeet gezond te houden en niet alleen te laten afhangen van de belangen van de mens.

Ecuador staat op de negende plaats in de lijst van landen met de grootste soortenrijkdom ter wereld. Het land herbergt een aanzienlijke aantal soorten, waaronder ongeveer 16 500 tot 20 000 soorten vaatplanten, 465 soorten zoogdieren en 690 soorten amfibieën.
Amfibieën zijn belangrijke ecologische indicatoren vanwege hun verhoogde gevoeligheid voor vervuilende stoffen en gifstoffen in het milieu. Zowel hun overvloed als hun diversiteit zijn belangrijke indicatoren voor de gezondheid van het milieu. Kikkers zou je de mijnkanaries van de aarde kunnen noemen.
De Ecuadoraanse biologe Andrea Terán van Jambato leverde gegevens en deed onderzoek ter ondersteuning van de zaak en is medeauteur van het wetenschappelijke artikel. Ze gelooft dat de ‘Rechten van de Natuur’-benadering heeft geleid tot dit milieusucces: “Het vertalen van de grondwettelijke rechten van de natuur naar concrete beschermingsmaatregelen is een krachtig instrument om het uitsterven van soorten te voorkomen in gebieden die worden bedreigd door mijnbouw. ​​Grootschalige mijnbouwconcessies zijn geconcentreerd in de Andes en de uitlopers daarvan en overlappen met regio’s met een grote inheemse populatie en rijkdom aan amfibieën.”
“Daarom opent de beschikking over een mechanisme om dit extractieve economische model (=mijnbouw; as) te stoppen de deur voor het verkennen van alternatieve relaties met de natuur en duurzame economische modellen die het leven op de lange termijn ondersteunen.”

Advocaat Mario Moncayo, onderdeel van de groep advocaten die de mijnbouwzaak van Llurimagua ondersteunt, beschreef de juridische overwinning als volgt: “In de zaak van Llurimagua, zoals uitgelegd in het artikel, wordt de praktische toepasbaarheid van de rechten van de natuur aangetoond. Dit toont aan dat dit niet slechts symbolische verklaringen zijn, maar rechten met juridische gevolgen in de echte wereld. De erkenning van de rechten van de natuur heeft individuen en gemeenschappen in staat gesteld deze rechtstreeks uit te oefenen, wat relevante precedenten heeft geschapen voor de bescherming van de natuur.”
Medeauteur Carlos Varela Arias, hoogleraar staatsrecht en lid van het juridische team dat de natuur verdedigde in de zaak Llurimagua, voegt hieraan toe: “Dit raamwerk zal het mogelijk maken om nieuwe strategieën en mondiale bestuursmechanismen te ontwerpen om menselijke systemen aan te passen aan die van de natuur, waardoor we kunnen overleven en vreedzaam samenleven met de natuurlijke omgeving.”

In het artikel worden drie cruciale dimensies van succesvolle wetten inzake rechten van de natuur beschreven:
– Geeft de natuur een intrinsieke waarde die verder gaat dan het belang ervan voor de mens.
– Fungeert als leidraad om ervoor te zorgen dat wetten, beleid en uitspraken de natuur respecteren.
– Maakt natuurbescherming afdwingbaar en legt verplichtingen op aan zowel de staat als de burgers.

Uitbreiden

In het artikel worden stappen voorgesteld om het natuurrechtenkader uit te breiden en worden specifieke aanbevelingen gedaan voor beleidswijzigingen en bestuursmodellen. Overwinningen op het gebied van Rechten van de Natuur hebben wereldwijd geleid tot juridische vernieuwingen. Zo erkent de Boliviaanse Moeder Aarde-wet de rechten van de natuur binnen het wettelijk kader.

Op soortgelijke wijze heeft Nieuw-Zeeland rechtspersoonlijkheid verleend aan de Whanganui-rivier en Te Urewera. In Canada is in specifieke gevallen wettelijke erkenning van de rechten van de natuur verleend, zoals de landrechten van de Grassy Narrows First Nation. Er zijn talloze vergelijkbare gevallen in Mexico, India, de VS, Chili, Argentinië en Brazilië.
De Escazú-overeenkomst (2020), die door Ecuador en 22 andere Latijns-Amerikaanse landen is ondertekend, is een cruciaal bestuursinstrument voor het bevorderen van milieu- en ecologische rechtvaardigheid. In dit bindende regionale verdrag ligt de nadruk op het beschermen van de biodiversiteit en het garanderen van verantwoording voor geweld tegen verdedigers.

Moorden

Ondanks de inwerkingtreding in april 2021 blijft het geweld echter voortduren. Wereldwijd werden in 2023 196 natuurbeschermers gedood, waarvan 70% in vier Latijns-Amerikaanse landen (Global Witness, 2024). In het totaal waren dat er ruim 2000 sedert Global Witness in 2012 met deze registratie begon.

Hoofdauteur Carlos Andres Gallegos-Riofrío stelt dat met name de Llurimagua-zaak heeft aangetoond dat er reële alternatieven zijn voor het besturen van het aardsysteem. “Om deze alternatieven echt te kunnen gebruiken is actieve betrokkenheid van de samenleving nodig. Alleen dan kunnen die dienen als cruciale instrumenten om lokale gemeenschappen te helpen een einde te maken aan activiteiten die schadelijk zijn voor mens en natuur.”

Bron: universiteit van Vermont/phys.org

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.