Slaappillen en hooikoortsmedicijnen zouden het risico op dementie vergroten, zo zou een onderzoek onder leiding van Shelly Gray van de universiteit van Washington aannemelijk hebben gemaakt. Het slaapmiddel Nytol en de anti-allergiemedicijnen Benadryl en Piriton behoren tot de middelen waarvan de onderzoekers het sterke vermoeden hebben dat ze Alzheimer bevorderen. Alzheimer-deskundigen reageren voorzichtig.
Het ziet er naar uit dat die geneesmiddelen in Nederland niet via de apotheek worden verhandeld. De bekeken (en gewraakte) middelen hebben gemeen dat ze prikkels naar het motorisch zenuwstelsel blokkeren, zogeheten anticholinerge stoffen. Ook tricyclische antidepressiva als Ditropan (oxybutynine) zouden wat dat betreft riskant zijn. De bijwerkingen van anticholinerge medicijnen zijn slaperigheid (voor een slaappil niet erg), wazig beeld en geheugenverlies. Anticholinerge middelen blokkeren de neurotransmitter acetylcholine. Mensen die Alzheimer hebben hebben een tekort aan deze stof. Gray: “Ouderen zouden zich er bewust van moeten zijn dat veel medicijnen, waarvan sommige zonder recept verkrijgbaar zijn zoals slaappillen, een sterke anticholinerge werking hebben. Natuurlijk moet niemand met medicatie stoppen buiten medeweten van de arts, maar die zou regelmatig moeten kijken naar het medicijngebruik van oudere patiënten, ook van middelen die zonder recept verkrijgbaar zijn.” Volgens Simon Ridley van Alzheimer’s Research UK voegt de studie iets toe aan de bewijsvoering voor een verband tussen anticholinerge medicijnen en een zijns inziens geringe stijging van het risico op Alzheimer, maar het onderzoek laat niet zien dat de medicijnen de oorzaak zijn. “Er is meer onderzoek nodig en ondertussen moet iedereen die bezorgd is over zijn medicijnengebruik daar met de huisarts over gaan praten.” Ook het commentaar van Doug Brown, directeur van de Britse Alzheimer’s Society is voorzichtig. “Er moet meer onderzoek komen om te begrjipen wat de mogelijke gevaren zijn en of bepaalde geneesmiddelen vaker zo’n effect vertonen dan andere.”
De onderzoeksgroep bestond uit 3434 65-plussers die zo’n zeven jaar gevolgd werden op hun gebruik van anticholinerge middelen. Van die groep kregen 637 mensen de ziekte van Alzheimer en 160 werden er getroffen door andere vormen van dementie. Voor de proefpersonen die de grootste innemers van anticholinerge middelen waren zou de kans op dementie met 54% stijgen vergeleken met de niet-gebruikers, het risico op Alzheimer zou 63% hoger zijn bij het regelmatig innemen van anticholinerge middelen. Mensen die langer dan drie jaar tenminste 10 mg doxepin (een ntidepressivum), 4 mg Nytol of Benadryl of 5 mg oxybutynine slikten, hadden een verhoogd risico om Alzheimer te krijgen. Antidepressiva en nieuwere antiallergiemedicijnen die geen anticholinerge effecten kennen, zoals Prozac en loratadine (Claritin) zouden dat effect niet hebben, volgens Gray. “Als artsen anticholinerge middelen moeten voorschrijven, dan bij voorkeur met de laagste effectieve dosis. Houd de zaak goed in de gaten met oog op de werking en stop de behandeling als die niet werkt”, adviseert ze. In hun artikel wijzen de onderzoekers er op dat bij dierproeven is aangetoond dat anticholinerge effecten leiden tot verhoogde hoeveelheden beta-amyloïde in de hersens, waarvan de ‘plaques’ kenmerkend zijn voor Alzheimer. Ze vinden dat oudere patiënten de risico’s moeten kennen en moeten weten dat er alternatieve middelen zijn. Ook zij zeggen overigens dat er meer studie nodig is om hun uitkomsten te bevestigen en om achter de onderliggende mechanismen te komen.
Bron: the Guardian