Bij het klimaatonderzoek worden vaak jaarringen van bomen gebruikt. Onderzoek van Josef Ludescher van het Potsdammer instituut voor klimaatonderzoek (PIK) zou hebben uitgewezen dat klimaatanalyses die daarop gebaseerd zijn de gelijkmatigheid van het klimaat aanzienlijk overschatten. “Een warm jaar wordt meestal gevolgd door weer een warm jaar, maar niet zo vaak en lang als jaarringen suggereren. Als die persistentie juist wordt geïnterpreteerd dan is de huidige opwarming van Europa nog uitzonderlijker dan eerder aangenomen”, zegt de Ludescher.
Om de kwaliteit van de temperatuurreeksen gebaseerd op jaarringen te kunnen beoordelen hebben de onderzoekers zich beperkt tot Midden-Europa. Dat is vooral ingegeven door de lange waarnemingshistorie daar, die teruggaat tot het midden van de achttiende eeuw. Daar komt bij dat er daar ook is bijgehouden wanneer de druiven- en graanoogsten begonnen. Die gegevens gaan zelfs terug tot de veertiende eeuw. Dan heb je iets om te vergelijken.
Een warme zomer levert een bredere jaarring op en een vroege start van de oogst. Bij een koude zomer zijn de jaarringen smaller en zal er later geoogst worden. De bomen die bekeken zijn staan op hoogtes waar de temperatuur een grote invloed heeft op de groei en waar genoeg water is, zelfs in warme zomers.
Overdreven
“Het bleek dat de jaarringen de klimaatschommelingen overdrijven”, zegt medeonderzoeker Joachim Schnellhuber. “Daar staat tegenover dat de temperaturen die we afleiden uit de oogstdata dezelfde gelijkmatigheid vertonen als waarnemingen en ook met wat er uit klimaatmodellen komt. Het is opmerkelijk dat middeleeuwse archieven het moderne klimaatonderzoek bevestigen.”
Om de onnauwkeurigheden van de de schattingen eruit te halen die gebaseerd zijn op jaarringen, gebruikten de onderzoekers een wiskundige truc. “Die aanpassing verandert de chronologische positie van de koude en warme periodes gebaseerd op de jaarringen niet, maar de intensiteit is verlaagd”, legt medeonderzoeker Armin Bunde van de universiteit van Giessen uit. “De aangepaste temperatuurreeksen stemmen beter overeen met de waarnemingen en met de oogstdata. Daaruit blijkt dat de klimaatschommelingen en vooral de warme periode in de middeleeuwen minder uitgesproken waren dan eerder aangenomen. Dat maakt het verhaal van de bijdrage van de mens aan de huidige aardopwarming nog eens sterker.”
Bron: EurekAlert