Het dorp Nuiqsut in de buurt van het omstreden boorproject (afb: NYT)

De Amerikaanse president Joe Biden zegt hoge prioriteit te geven aan het bestrijden van de klimaatverandering, maar heeft wel toestemming gegeven voor een groot olieboorproject in Alaska, dat de komende dertig jaar 100 000 vaten per dag zal moeten opleveren. Overigens lijkt het er op dat Biden een aantal boorprojecten in de koelkast heeft gezet…
Het miljardenproject van ConocoPhillips werd vorig jaar door Trump goedgekeurd. Milieugroepen liepen daarop naar de rechter. Nu lijkt Biden dan toch het groene licht gegeven te hebben voor dit project. Volgens een verklaring van Binnenlandse Zaken in de VS stelt het ministerie dat het project voldoet aan de milieuvoorwaarden. Niet uitgelegd wordt hoe deze maatregel strookt met de klimaatplannen van Biden. ConocoPhillips wil zelfs vrieselementen in de door de aardopwarming snel ontdooiende permafrost aanbrengen om de bodem bevroren te houden, zodat de stevig genoeg is om de boorinstallaties te dragen.
Een federaal hof legde in februari de werkzaamheden ter plaatste stil in afwachting van de uitspraak, die nog steeds afwijzend kan zijn. De olieindustrie, en met name ConocoPhillips, is echter hoopvol gestemd.

Broeikasgassen

Volgens Kristen Miller, directeur van een natuurorganisatie in Alaska, zal de op die plek gewonnen olie in de loop der jaren zorgen voor een broeikasgasuitstoot van 260 miljoen ton. Ze denkt dat de toestemming en de infrastructuur tot nieuwe winprojecten in de regio zullen leiden, met nog meer uitstoot tot gevolg.
Plaatselijke bewoners vrezen dat het boorproject ernstige gevolgen voor hun dagelijks leven zullen hebben. Die krijgen door de aardopwarming toch al het een en ander te verstouwen. “Een regering die van het klimaat een prioriteit heeft gemaakt moet haar woord nakomen en niet toegeven aan de druk van de industrie”, zegt Rosemary Ahtuangaruak, milieuactiviste en inwoonster van het nabijgelegen dorp Nuiqsut. Andere inheemse groepen in Alaska steunen het project echter vanwege de banen die daarmee verbonden zijn.

Bron: New York Times