Als we iets mankeren, dan wordt er vaak bloed geprikt om een diagnose te stellen. Een heel enkele keer moeten we een plas inleveren, maar dat zou in de toekost wel eens heel anders kunnen worden. Onderzoekers van, onder meer, de Canadese universiteit van Alberta vonden meer dan 3000 verschillende stoffen in urinemonsters. Urine bevat vijf tot tien keer meer stoffen dan andere biologische vloeistoffen. Zo komen 480 stoffen in urine voor die niet in bloed worden gevonden (wat op zich al weer een nieuw licht werpt op de afvalverwerking in ons lichaam). Een goudmijn voor diagnostici, zou je zeggen.
Onze plas bevat, onder meer, afbraakproducten uit ons lichaam. Dat is al lang bekend, maar toch wordt urine weinig gebruikt bij het stellen van een diagnose. Een bekend voorbeeld en dus uitzondering is de urinemonsters die worden gebruikt worden bij dopingcontrole. Bloedmonsters zijn verre favoriet. “Medische handboeken kennen zo’n 50 tot 100 stoffen, waarvan er maar zes à zeven nauwkeurig bepaald kunnen worden”, zegt David Wishart van de universiteit van Alberta.
Het onderzoek leverde een lange lijst op van 3079 stoffen. Die kwamen uit urinemonsters van 22 gezonde personen. Het voorkomen van de stoffen in de monsters werd bepaald met behulp van analysetechnieken als NMR-spectroscopie (een techniek die verwant is aan MRI), een massaspectrometrie, gas- en vloeistofchromotografie. Daarnaast werd een eeuw aan wetenschappelijke literatuur over dit onderwerp doorgeploegd.
Het resultaat is een nooit eerder met zo’n precisie opgeschreven ‘inventarislijst’: 72 stoffen zijn afkomstig van bacteriën, zo’n kleine 1500 zijn (afbraak)producten van ons lichaam en zo’n 2300 komen van allerlei andere bronnen zoals voeding, medicijnen, drugs, cosmetica en stoffen die we via het milieu innemen. Dat het optelsommetje niet klopt heeft te maken met het feit dat sommige stoffen in meer dan een van de drie categorieën kunnen voorkomen.
Onze urine is ook rijk geschakeerd. Van de 356 typen chemische verbindingen die scheikundigen onderscheiden, komen er 230 in onze plas voor. De onderzoekers hebben hun gegevens in een databank gestopt.
Nu worden, zoals gesteld, nog maar een paar ziektes via urinemonsters vastgesteld, onder andere suikerziekte, maar de verwachting is dat dat aantal drastisch zal toenemen; ook bij het diagnosticeren, bijvoorbeeld, van diverse typen kanker. Overigens is de lijst met stoffen nog lang niet compleet. Wishart is er van overtuigd dat met betere analysetechnieken nog talrijke andere stoffen zullen worden gevonden, die dan op hun beurt weer kunnen ‘helpen’ bij de diagnosticering.
Bron: Futura-Sciences