Inkepingen op een fossiel scheenbeen van een de voorlopers van wat zich homo sapiens heeft genoemd zouden wijzen bewerking met stenen gereedschap. De onderzoeksters vragen zich af of dat bewijst dat mensachtigen elkaar opgegeten.
Paleoantropologe Briana Probiner Nationale Natuurhistorisch mueum in de VS en collega’s zagen negen inkepingen op een scheenbeen dat was gevonden in Noord-Kenya in zich bevond in het nationaal museum in Nairobi. Die leken te zijn veroorzaakt door stenen gereedschappen. Ze was op zoek naar voorhistorische roofdieren die het hadden voorzien op mensachtigen. Ze bekeek het scheenbeen maar ontwaarde meteen tekenen van een slachterij, hoogstwaarschijnlijk door een mensachtige.
De onderzoeksters maakten een afdruk van de inkepingen en stuurden die naar Michael Pante van de universiteit van Colorado, zonder hem te vertellen wat dat waren. Hij vergeleek de afdrukken met zo’n 900 ‘afdrukken’ van tanden, slachterijen en dergelijke. Negen krassen waren duidelijk het ‘werk’ van stenen gereedschap. Twee andere kwamen van een grote kat, waarschijnlijk een leeuw of een sabeltandtijger.
Dat wil natuurlijk nog niet meteen zeggen dat de gereedschapshanteerder de eigenaar van het scheenbeen heeft opgegeten, maar Pobiner vindt dat wel het waarschijnlijkst. De inkepingen zitten op een plaats waar een kalf spier hecht aan het bot. Dat is een goede plek om een stuk vlees van het slachtoffer (de prooi?) te verwijderen. De inkepingen zijn ook met dezelfde invalshoek gemaakt, zoals een slager zou doen.
Probiner: “Dat ziet er uit als bij dierfossielen die waren geslacht voor consumptie. Het ziet er naar uit dat het vlees van het been is gegeten als voeding en niet voor rituele doeleinden.” Of het om kannibalisme gaat valt niet te zeggen. Dan zou het om mensachtigen van dezelfde soort moeten gaan
Australopithecus boisei
Het scheenbeen werd eerst toegeschreven aan een Australopithecus boisei, maar op het ogenblik is er niet genoeg informatie om dat aan een bepaalde mensachtige toe te schrijven. Het gebruik van stenen gereedschap helpt ook niet erg. Niet alleen het geslacht Homo zou daarvan gebruik hebben gemaakt.
De inkepingen en de twee beetafdrukken zitten niet op dezelfde plaats. Daardoor is het lastig te bepalen wat er gebeurt is. Had de grote kat de mensachtige als prooi en werd die door andere (menelijke?) predatoren verdreven of andersom. Of at de ene soort de resten die de over achterliet?
Al eerder heeft een schedel die in 1976 in Zuid-Afrika is gevonden de discussie aangezwengeld over het slachten van mensachtigen door andere mensachtigen of soortgenoten. Ook daar zijn afdrukken van stenen gereedschap te zien, maar aan een hoofd valt weinig te eten. Pobiner zou die schedel best wat beter willen bekijken. “Je kunt verrassende omtdekkingen doen aan museumcollecties. Niet iedereen ziet de eerste keer meteen alles. Daar zijn verschillende wetenschappers met verschillende vragen en technieken voor nodig.”
Bron: Science Daily
Materials provided by Smithsonian. Note: Content may be edited for style and length.
Journal Reference:
- Briana Pobiner, Michael Pante, Trevor Keevil. Early Pleistocene cut marked hominin fossil from Koobi Fora, Kenya. Scientific Reports, 2023; 13 (1) DOI: 10.1038/s41598-023-35702-7