Het gaat om wat onderzoekers zeer kortlevende verbindingen noemen, die in minder dan zes maanden afgebroken worden (anders dan de cfk’s, die nauwelijks werden afgebroken). Bepaalde wieren produceren broomverbindingen die tot die groep behoren, maar ook de mens heeft een bijdrage aan de ‘nieuwe’ bedreiging van de ozonlaag. “Die stoffen zijn niet meegenomen in het Montreal-protocol van de VN, omdat ze weinig zouden bijdragen aan de afbraak van de ozonlaag”, zegt onderzoeker Ryan Hossaini. “Wij hebben nu laten zien dat een van deze stoffen snel in concentratie toeneemt en als dat doorgaat dan zal al het goede van het Montreal-protocol wel weer eens te niet kunnen worden gedaan.” Voor hun studie gebruikten de onderzoekers een ruimtelijk rekenmodel van de atmosfeer om de invloed van die ‘kortlevende’ verbindingen op de ozonlaag en het klimaat te kunnen bepalen. De Amerikaanse onderzoeksorganisatie NOAA heeft de laatste twintig jaar de concentaties van die verbindingen in de atmosfeer gemeten. Ook die resultaten werden bekeken. Daaruit bleek dat de concentraties van dichloormethaan (CH2Cl2) snel zijn toegenomen. Dichlloormethaan wordt veel in industriële processen gebruikt, vooral als oplosmiddel.
“We zullen de concentraties van die verbindingen in de atmosfeer moeten volgen en achterhalen waar de bronnen zijn”, zegt medeonderzoeker Martyn Chipperfield. “Nu verloopt het herstel van de ozonlaag nog naar wens, maar steeds meer dichloormethaan kan leiden tot onzekerheid zowel ten aanzien van de ozonlaag als het klimaat.”
Het effect van deze ‘nieuwe’ bedreigers van de ozonlaag is gering in vergelijking met die van de cfk’s, maar is wel groter op het klimaat. Hossaini: “Vanwege hun korte verblijftijd, breken deze stoffen vooral ozon af in het lagere gedeelte van de stratosfeer. Dat is belangrijk, omdat een ozonmolecuul in dit deel veel meer invloed heeft op het klimaat dan hoger in de stratosfeer.”
De onderzoekers hebben ook uitgezocht wat het aandeel van de natuurlijke ‘ozonverdelgers” is en dat van de mensgemaakte. De natuur zou nu met 90% de belangrijkste ‘leverancier’ zijn. De crux zit ‘m natuurlijk in de stijgende uitstoot van de antropogene ‘ozonverdelgers’ die wordt verwacht. Die stijging is enigszins opmerkelijk, aangezien in de jaren 90 de concentratie daarvan in de atmosfeer langzaam is gedaald. Sedertdien ontstond er een kentering en verdubbelde de aanwezigheid van die kortlevende halogeenverbindingen. Hossaini: “We weten niet waardoor dat komt. Dichloormethaan wordt gebruikt bij de productie van hfk’s, de ‘ozonvriendelijke’ vervangers van de cfk’s. Dat zou, ironisch genoeg, betekenen dat de productie van ozonvriendelijke stoffen leidt tot de uitstoot ozonverdelgende gassen in de atmosfeer.”
Bron: Science Daily