IIASA: Klimaatakkoord Parijs schiet ernstig te kort

Keywan Riahi, directeur Energie bij IIASA

Keywan Riahi, directeur Energie bij IIASA (afb: IIASA)

De afspraken die eind vorig jaar zijn gemaakt in Parijs om de aardopwarming te beteugelen schieten ernstig te kort. Met de afspraken zal de gemiddelde temperatuur in 2100 met 2,6 tot 3,1°C zijn toegenomen in plaats van onder de +2°C (of zelfs 1,5°C) te blijven zoals de doelstelling is, zo zou zijn gebleken uit een analyse van het internationale instituut voor toegepaste systeemanalyse in Wenen (IIASA). “Onze analyse toont aan dat de voorgenomen maatregelen zouden moeten worden aangescherpt om beneden een opwarming van 2°C uit te komen. Dan hebben we niet over 1,5°C”, zegt IIASA-onderzoeker Joeri Rogelj.

Die 2°C-grens is gekozen om dat gevreesd wordt dat boven die limiet de aardopwarming leidt tot catastrofale ontwikkelingen voor mens en ander aards leven. Die doelstelling werd eerder in 2010 afgesproken tussen 190 landen. Sommige onderzoeken doen vrezen dat ook die ‘lage’ doelstelling al kan leiden tot zeer onaangename gevolgen, met name in kwetsbare gebieden zoals eilanden en minder ontwikkelde landen.
In de IIASA-studie zijn de afspraken onder de loep genomen. Gekeken werd wat het gevolg zou zijn als het ‘peiljaar’ 2030 zou zijn bereikt en de landen nog steeds dezelfde inspanningen zouden leveren als die in Parijs zijn afgesproken. Aan de hand van die afspraken en geholpen door verschillende rekenmodellen kwamen de onderzoekers uit op een aardopwarming eind van deze eeuw die tussen de 2,6 en 3,1°C ligt.
De onderzoekers zochten ook uit welke aanvullende maatregelen nodig zijn om binnen de beoogde limiet van 2 of 1,5°C te blijven in 2100 (alles in vergelijking met de, gedachte, aardtemperatuur voor het Industriële Tijdperk). “We zullen veel hardere maatregelen moeten nemen”, zegt Niklas Höhne van het NewClimate-instituut in Duitsland en van de universiteit van Wageningen die ook een bijdrage heeft geleverd aan de analyse. “We hebben het dan over een wereldwijde reductie van de broeikasgasemissies met 3 tot 4% per jaar. Voorbereiding van die maatregelen kost tijd, dus zullen voor 2030 al actie moeten ondernemen.”

Onzekerheid

De analyse gaat ook in op de onzekerheden rond de toekomstige uitstoot en de temperatuurdoelen. Zo is onduidelijk welke gevolgen de maatregelen hebben die landen hebben afgesproken, omdat sommige afspraken afhankelijk zijn gesteld van voorwaarden (bijvoorbeeld over het beschikbaar stellen van fondsen). Dat alles bij elkaar opgeteld kwamen de onderzoekers uit op een onzekerheid rond de uitstoot van broeikasgassen van zesmiljard ton (in CO2-ekwivalenten). Dat is ruwweg de jaar’productie’ van grootvervuiler Amerika in 2012.
Een andere onzekerheid is hoe de aardtemperatuur reageert op de uitstootniveaus. Die temperatuurdoelen worden daarom ook vaak gezien als waarschijnlijkheden: een waarschijnlijkheid van tweederde om de aardopwarming binnen de 2°C te houden. De onderzoekers berekenden dat de landenafspraken met een slaagkans van 66% zouden bereiken dat de opwarming beneden de 2,9 tot 3,4°C in 2100 zou blijven en met een waarschijnlijkheid van 90% onder de 3,5 tot 4,2°C.
“Sommige onzekerheden, zoals de temperatuurreactie, zijn de komende jaren niet te verminderen”, zegt medeonderzoeker Harald Winkler uit Zuid-Afrika. “Dat geldt niet voor de onzekerheden wat de effecten zijn van de landenafspraken op de uitstoot. We zullen beter moeten kunnen inschatten wat die landenafspraken betekenen en hoe die te koppelen zijn aan sociaal-economische doelen, met inbegrip van de duurzame ontwikkeling.” Volgens Keywan Riahi, bij de IIASA verantwoordelijk voor het energieprogramma, zijn de landenafspraken te inconsistent voor de ambities op de langere termijn. “Als we binnen die 2°C wille blijven, dan hebben we veel snellere en fundamentelere veranderingen nodig.”

Bron: International Institute for Applied Systems Analysis

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.