Supergeleiders in meteorieten lijkt niet uitzonderlijk (afb:WikiMedia Commons)
Onderzoekers vonden kleine hoeveelheden supergeleiders in twee meteorieten die in 1966 waren gevonden in West-Australië. Dat zou betekenen dat die materialen, die weerstandsloos stroom geleiden, vrij normaal zouden zijn in meteorieten, wat goede moed geeft op een dag een supergeleider ’tegen het lijf te lopen’ dat supergeleidend is bij kamertemperatuur (en niet bij -200°C zoals nu). Voorlopig komen die niet verder dan -268°C.
Rotsen uit de ruimte zouden onverwachte supergeleiders kunnen bevatten, denkt James Wampler van de universiteit van Californiẽ in San Diego. “Meteorieten zijn gevormd onder uitzonderlijke omstandigheden.” Wat deze supergeleiders zo bijzonder maakt is dat ze niet uit het lab komen zoals de hedendaagse supergeleiders, maar voorlopig halen ze de temperatuurlimiet niet omhoog. In feite zijn het supergeleiders die net zo goed (of eigenlijk slecht) presteren als de supergeleiders uit de tijd van Kamerlingh Onnes: 5 K ofwel -268°C. Robert Cava van de Princeton-universiteit (VS) heeft er dan ook een hard hoofd in dat we nieuwe, bruikbare supergeleiders in meteorieten zullen vinden.
Microgolven
Om de supergeleiders te achterhalen bestraalden de onderzoekers verpoederd meteoriet met microgolven en keken hoe deze golven veranderden bij verandering van temperatuur. Met die methode kun je heel kleine hoeveelheden supergeleiders traceren.
Onderzoek van twaalf meteorieten leverde op dat twee ervan supergeleiders bevatten. De supergeleiders waren niet bijzonder en bestonden uit legeringen van, onder meer, indium, tin en lood. Dat leverde geen nieuwe supergeleiderkennis op. “Het idee is iets uitzonderlijks te vinden”, zegt medeonderzoeker Ivan Schuller. Dat is (dus) niet gebeurd, maar de onderzoekers hebben de hoop niet opgegeven. Eerder doorzochten Schuller c.s. al 65 micrometeorieten. Daarin troffen ze geen supergeleiders aan.
Delen van de ruimte zijn kouder dan 5 K. Dat betekent dat die gevonden materialen daar supergeleidend waren. Wampler vindt dat een prikkelende gedachte, maar kan nog niet zeggen wat dat betekent voor hun ‘gedrag’ ter plekke.
Bron: Science News