Monoklonale antilichamen, een nieuw wapen tegen malaria

Antilichamen

Basisstructuur van antilichamen. N is het amino-uiteinde en C is het koolstofuiteinde van de keten. Rood zijn de disulfidebruggen (afb: Wiki Commons)

Antilichamen blijken in een ‘levensechte’ klinische proef een adequaat middel te zijn tegen malaria. Nadat de aanpak eerst was uitgeprobeerd op negen vrijwilligers in de VS blijkt die nu ook in een veel grotere proef (330 proefpersonen) in Afrika (Mali) te zijn bevestigd. Een enkele dosis blijkt voldoende om iemand tot zes maanden tegen malaria te beschermen. Er zijn echter nog wel wat vragen onbeantwoord. Lees verder

Afrikaanse bomen doden zowel malariamug als -parasiet

Stoffen uit de bast van Afrikaanse citrusboomsoort doden malariamug en -parasiet

Wangensteen en Malterud met een structuurmodel van dihydonitidine (afb: universiteit van Oslo)


Tot voor niet eens zo heel lang geleden besefte ik niet dat malaria nog steeds elk jaar honderdduizenden doden per jaar veroorzaakt. Ik had altijd gedacht dat malaria medisch gezien ‘in de tas’ zat. Niet dus, onwetende. Jaarlijks worden er vele miljoenen ‘bezocht’ door de malariaparasiet. Onderzoekers zeggen nu een stoffen in de bast van twee Afrikaanse bomen te hebben  gevonden, leden van de citrusfamilie, die zowel de malariamug als de parasiet doden. De echte eer komt toe aan Afrikaanse medicijnmannen die al heel lang malarialijders behandelen met extracten van de bast van die bomen. De onderzoekers hebben ‘alleen’ uitgevogeld welke de werkzame stoffen in die boombast zijn. Lees verder